Het Nederlandse zorglandschap is een fijnmazig netwerk van wetten, uitvoeringsinstanties, zorginstellingen en IT-systemen. Iedere zorgvraag brengt een unieke combinatie van financiers en regelgeving met zich mee. Dit maakt de zorg complex, maar tegelijkertijd zorgt het ervoor dat iedere burger toegang heeft tot de juiste vorm van zorg.
Traditioneel is in IT-systemen de logica, user interface en data met elkaar geïntegreerd. Dit maakt dat IT-systemen minder open zijn. Door de ontwikkelingen rondom samenwerken en de groeiende behoefte aan databeschikbaarheid en gegevensuitwisseling ontstaat een nieuwe koers naar een “open-data tijdperk” in de zorg.
De opkomst van Suites
Zorginstellingen gebruiken verschillende IT-systemen om zorgprocessen vast te leggen en te beheren. De afgelopen jaren is er veel aandacht geweest voor het reduceren van het aantal IT-systemen binnen zorginstellingen. Het doel hiervan is om zorgverleners een integraal overzicht te geven van patiënt- of cliëntgegevens, zodat er geen belangrijke informatie verloren gaat. Dit heeft geleid tot de filosofie “Suite, tenzij”, die in veel zorginstellingen wordt gehanteerd.
Een Suite is een geïntegreerd IT-systeem dat veel functionaliteiten bevat ter ondersteuning van de zorg. In ziekenhuizen wordt dit vaak een Elektronisch Patiëntendossier (EPD) genoemd. In de langdurige zorg en de GGZ spreken we van Elektronische Cliëntendossiers (ECD’s). Door de jaren heen zijn deze systemen uitgegroeid tot omvangrijke en complexe applicaties.
De beperkingen van Suites
Hoewel suites veel voordelen bieden, zoals een breed scala aan geïntegreerde functies, zijn er ook nadelen. Nieuwe functionaliteiten toevoegen is vaak lastig, omdat deze systemen rigide en inflexibel zijn. Wanneer de suite geen specifieke functionaliteit ondersteunt – zoals een elektronisch voorschrijfsysteem – worden extra koppelingen gemaakt. Dit resulteert in een steeds ingewikkelder IT-landschap binnen zorginstellingen, waarin verschillende systemen naast elkaar moeten blijven bestaan en niet optimaal met elkaar communiceren.
De uitdaging van gegevensuitwisseling
De zorgsector verandert voortdurend. Er is een groeiende behoefte aan samenwerking en gegevensuitwisseling met andere zorginstellingen, mede door nieuwe wettelijke verplichtingen zoals de Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg (Wegiz) en Europese regelgeving zoals de EHDS (European Health Data Space).
Omdat bestaande IT-systemen vaak gesloten en inflexibel zijn, worden voor elke uitwisseling afzonderlijke oplossingen bedacht. Dit leidt tot een versnipperd landschap, waarin gegevensuitwisseling per netwerk en toepassing wordt geregeld. Gestandaardiseerde berichtenstandaarden zoals HL7 FHIR worden niet altijd volledig ondersteund, waardoor interoperabiliteit een uitdaging blijft.
Verbeteringen in IT-systemen in de zorg
Naast de uitdagingen met suites en koppelingen ontstaat een bredere behoefte aan toekomstbestendige IT-systemen. De huidige generatie IT-oplossingen in zorginstellingen zijn vaak monolithisch opgebouwd, waarbij data, logica en de gebruikersinterface volledig met elkaar verweven zijn. Dit brengt meerdere problemen met zich mee:
- Data-opslag zit diep geïntegreerd in de databasestructuur van de applicatie, waardoor externe toegang moeilijk is.
- Logica en functionaliteit zijn direct gekoppeld aan de applicatie zelf, wat maatwerk en flexibiliteit beperkt.
- De gebruikersinterface is vastgelegd binnen het systeem, waardoor het moeilijk aanpasbaar is en niet altijd gebruiksvriendelijk werkt voor zorgverleners.
IT-leveranciers werken aan verbeteringen, zoals het standaardiseren van data en het verplaatsen van applicaties naar cloud-gebaseerde infrastructuren. Dit maakt het eenvoudiger om API’s beschikbaar te stellen en externe toepassingen, zoals AI-oplossingen en dataplatformen, te integreren. Daarnaast wordt de gebruikersinterface steeds vaker losgekoppeld van de achterliggende logica, waardoor deze flexibeler en gebruiksvriendelijker wordt.
Een nieuwe koers voor IT-systemen in de zorg
Naast de bestaande ontwikkelingen ontstaat er een nieuwe stroming, die zich richt op een fundamentele verandering in de manier waarop IT-systemen in de zorg worden gebouwd en gebruikt. Dit wordt het “open-data tijdperktijdperk” genoemd.
In dit model staat de scheiding tussen data, logica en gebruikersinterface centraal. Door het gebruik van open standaarden zoals HL7 FHIR, OpenEHR en OMOP, wordt data niet meer opgesloten in monolithische systemen, maar op een gestandaardiseerde manier toegankelijk via API’s. Dit biedt tal van voordelen:
- Data wordt losgekoppeld van specifieke applicaties, waardoor informatie uitwisselbaar en breed inzetbaar is.
- Logica kan via modulaire toepassingen worden ontwikkeld, bijvoorbeeld door middel van low-code platforms, waarmee snel en flexibel nieuwe functionaliteiten kunnen worden gegenereerd.
- Gebruikersinterfaces worden dynamischer en beter aanpasbaar, omdat ze niet langer direct afhankelijk zijn van de achterliggende systemen.
Deze aanpak biedt zorginstellingen de mogelijkheid om sneller te innoveren, beter samen te werken en zorgverleners toegang te geven tot de juiste informatie zonder afhankelijk te zijn van verouderde en inflexibele IT-systemen.
Conclusie
De huidige IT-systemen in zorginstellingen kunnen steeds minder goed voldoen aan de groeiende behoefte aan databeschikbaarheid en gegevensuitwisseling. Terwijl veel leveranciers zich richten op het verbeteren en standaardiseren van bestaande systemen, ontstaat er ook een fundamentele verschuiving naar een open-data tijdperk.
Door data los te koppelen van de logica en de gebruikersinterface, wordt het makkelijker om systemen flexibel te maken, interoperabiliteit te verbeteren en zorgverleners beter te ondersteunen. Dit is een belangrijke ontwikkeling om de digitale transformatie in de zorgsector te versnellen en klaar te zijn voor de uitdagingen van de toekomst.